Jinja
Hoi allemaal,
Heb weer een lekker weekendje achter de rug! We (Dayenne, Kimberley, Wally, Dieuwke en ik) zijn dit weekend naar Jinja geweest. Dit is een plaatje in de buurt van Kampala, waar veel activiteiten te doen zijn. Daardoor zijn er ook best wat mzungu’s te vinden.
De reis er naar toe was al een ervaring op zich. We werden zaterdag om 9 uur opgehaald door onze gids John. We vertrokken met wat boda boda’s naar het taxipark (foto komt nog). Hier liepen we even rond en daarna liepen we weer weg. Maar we gingen toch met de matatu? Ja, maar als we er een iets verderop pakken dan is het goedkoper. Oké. Wij lopen wel met al onze bagage hoor. Uiteindelijk in de matatu was het heel gezellig. Volgens Nederlandse normen zou het busje met 12 mensen vol zitten. In Afrika kan 21 ook best. Het was dus propje vol, super oncomfortabel, maar ook een hele leuke ervaring. In een matatu zit meestal een conductor. Dit is een persoon die de hele weg half uit het raam hangt om te roepen waar het busje naartoe gaat, om zo veel mogelijk mensen mee te krijgen. Wat wel bijzonder was, was dat er naast de chauffeur maar één persoon zat, namelijk onze gids, en er twee stoelen zijn naast de chauffeur. Toen we aan de conductor vroegen waarom er niemand op die plek zat, terwijl wij met 5 personen op drie stoelen zaten, antwoordde hij: ‘he paid for the bag’. Okeeeeee….
Onderweg naar Jinja stopten we bij een bos voor een boswandeling onder begeleiding van een andere gids. Een paar leuke aapjes gezien en we kregen mooie verhalen te horen bij (omgevallen) bomen. Tijdens onze wandeling regende het, maar daar mochten we van de gids niet over klagen, want nu was het een echte rainforest.
We vervolgen onze reis naar Jinja in een auto van een man die een soort van toevallig langs reed en wel taxi wilde zijn. Er zat een vrouw in de auto, die moest er uit, wij konden er in. Hoop dat jullie je niet afvragen of dat wel paste, met 7 in een auto. In Afrika past het altijd. Na een paar minuten rijden begon de chauffeur te slingeren. ‘Why are you doing that?’. ‘No gas.’ Dus toen stonden we stil aan de kant van de weg. De chauffeur pakte een jerrycan achteruit de auto en ging wat benzine halen. Niet veel later kwam hij terug achterop een brommetje en gebruikte een plastic flesje zonder onderkant als trechter om de benzine in de auto te gieten. En we konden weer verder.
Eenmaal in Jinja lekker gegeten. Ik moet er nog steeds wel aan wennen dat het hier normaal is om twee keer op een dag warm te eten. Ik ben meestal blij als ik een sandwich kan bestellen. Maar iets met vlees ben ik ook altijd wel blij mee, aangezien ik dat thuis niet eet met twee vegetariërs in huis. Ook koop ik sowieso liever geen vlees dat de hele dag buiten hangt met wat vliegen er op.
Na de lunch hebben we een boottochtje gemaakt naar de bron van de Nijl. Dit was prachtig om te zien. Wat mooie vogeltjes gezien. Volgens onze gids moesten we heel blij zijn dat we de Giant
kingfisher hadden gezien, aangezien dit een zeldzame vogel is. Ik hoop dat ik nog weet welke het is als ik mijn foto’s ga uploaden hihi.
We kwamen aan bij een mini eilandje waar we met blote voeten op moesten. We liepen namelijk over wat stenen naar de plek waar de langste rivier van de wereld begint. Of in ieder geval, de witte
Nijl. Er zijn namelijk twee punten die samen komen, volgens mij in Sudan. Op het eilandje stond ook een tentje die souvenirtjes verkocht. Het was alleen niet heel comfortabel lopen met onze tere
voetjes op die stenen.
Na ons bezoekje aan de source of the Nile moesten we snel naar onze slaapplaats. ‘We go?’ is wat onze gids constant zei. Heel raar hoor, een gehaaste Afrikaan. We sliepen in een backpackershostel,
the Nile river camp. We zouden eerst een eigen slaapzaaltje hebben, maar later hoorden we dat er toch nog iemand bij kwam. Toen we gingen slapen en er maar niemand kwam, hebben we de deur maar op
slot gedaan, aangezien hij anders steeds open waaide. Om half 7 ’s ochtends werden we gewekt door hard gebonk op de deur. ‘OPEN THE DOOR’. Vervolgens stonden er 4 mannen te fluisteren in onze
slaapzaal. Ja hoor, de anderen gingen ook maar eens naar bed.
Wally, Dieuwke, Kimberley en ik zijn toen maar opgestaan en hebben een wandeling gemaakt. We hadden gehoopt een mooie zonsopkomst te zien, maar daar was het helaas wat te bewolkt voor en we hadden
ook niet echt een goed uitzicht op die kant. Helaas. Wel heel leuk gekeken naar wat aapjes die door de bomen slingerden, vlak voor ons. En ook nog wat mooie foto’s kunnen maken van het mooie
uitzicht daar.
Samen met de gids vertrokken we om een stadswandeling te maken. We liepen door een wijk met grote huizen waar vroeger soldaten woonden en nu regeringsleden en blanken. Oftewel rijke mensen. Op
gegeven moment kwamen we aan bij een gebouw dat gebruikt werd als kerk en waar een swingende paasviering aan de gang was. We werden meteen van harte uitgenodigd om binnen even een kijkje te nemen.
Wat zijn deze mensen toch lief en beleefd.
Aan het eind van de wandeling hebben we nog wat leuke spulletjes gekocht (ja weet nu zeker dat het niet meer in 1 koffer gaat passen!). Wat wel grappig: ’s ochtends kwamen we langs een winkel waar
het alarm af ging. Toen we rond 2 uur daar weer langs kwamen, was het alarm nog steeds aan het afgaan daar. En iedereen zat er gewoon rustig bij alsof er niets was.
Een voorbijganger bood ons een lift aan en zo kwamen we aan bij het zwembad. Daar konden we even lekker genieten van het weer dat gelukkig mooi was op dat moment. Het regenseizoen is nu wel echt begonnen namelijk. Het was wel enigszins ongemakkelijk in mijn bikini. Iedereen had toch wel een badpak aan met iets er over. Een bikini is eigenlijk iets te bloot voor Oeganda. Toen wij het water in gingen, was het plots opeens ook heel rustig in het water. Oftewel, iedereen was er uit. Toen wij er uit gingen, gingen anderen er weer in. Apart…
Voor de Indische jongens die naast ons zaten waren we ook een hele attractie. Die mzungu’s in bikini… Heb geprobeerd me er niets van aan te trekken en gewoon lekker te genieten in de zon. Er zijn hier trouwens veel Indiërs, die ooit hierheen zijn gehaald om het spoorwegennet aan te leggen. Ze zijn hier gebleven omdat het hier zo lekker goedkoop is allemaal.
De terugweg was weer net zo’n belevenis als de heenweg. Met z’n tweeën achterop de boda boda (dat is ook best gezellig!) naar een taxiparkje gegaan en vervolgens met de matatu naar huis. Onderweg
natuurlijk weer van alles gezien, zoals een jongen die op skates achter een vrachtwagen hing, die ook nog eens keeeiiihard reed. Het lijkt soms wel of een mensenleven hier niet zoveel waard is.
Onderweg gezellig gepraat met het vrouwtje naast me, want hier is het zo lekker normaal om hele gesprekken te hebben met mensen die je niet kent. Oegandezen zijn zulke leuke mensen!
Onderweg stopten we even. Een meisje stapte uit en even later kwam ze omgekleed weer terug in de matatu. Ach, daar konden we wel gewoon even op wachten. Aangekomen in Kampala zei de chauffeur dat
iedereen er uit moest. De mzungu’s moeten natuurlijk voor de deur worden afgezet. Niemand leek het erg te vinden.
Vandaag, tweede paasdag, weer een heerlijk dagje naar het Speke resort geweest, waar ik ook was in mijn eerste weekend. Lekker gesport, gezwommen en gezont! Ik begin al wel een mooi kleurtje te krijgen :).
Reacties
Reacties
Ik zat al weerde wachten op renversaal van je Suus. Vanochtend nog eve gekeken maar nu is het er dus. Leuk.
En een kingfisher is een ijsvogel. Heel mooi, heb ik in Afrika ook mijn ogen naar uit gekeken. Maar die vind je ook in Nederland. Een giant kingfisher weet ik niet precies.
super leuk suusie! :D
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}